Street Level Den Haag veldwerk

Sokken of een indicatie

Veldwerk en soepbus Tekst: Coen van Everdingen / Beeld: Marleen Kuipers

Mensen op straat écht verder helpen. Dat is wat Jan van Oosten voor ogen had toen hij Street Level opzette, veldwerk van het Leger des Heils in Den Haag. “Wij hebben een toekomst te brengen. Het moet beter gaan met mensen, dat is het doel.”

Jan is manager bij 50|50 Workcenter van het Leger des Heils in de regio Noordwest, waar mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt weer aan het werk kunnen. Maar dat niet alleen. Hij stond ook aan de wieg van het veldwerk in Den Haag. Jan kreeg het idee om Street Level op te zetten, nadat hij een filmpje zag over veldwerk van The Salvation Army in Seattle, Amerika. “Wat ze daar deden inspireerde me. Ze gingen de straat op, maar deelden niet alleen spullen uit, ze bouwden aan een relatie en vertrouwensband met de mensen die ze opzochten. Onze collega’s daar hielpen mensen echt verder.” 

Van a naar b met veldwerk

Het idee van Street Level is, volgens Jan, dan ook mensen verder helpen. Niet pappen en nathouden, maar een stap vooruitzetten. Jan: “Je kunt iemand wel soep geven, of sokken, of een slaapzak, maar wat doe je daarna? Het is de bedoeling dat we iemand verder helpen. Naar mijn mening blijft veldwerk vaak hangen bij de eerste stap: soep maken, de bus vullen en uitdelen. Of juist bij de tweede stap: iemand heeft al een indicatie, dús helpen we hem of haar. Maar we willen iemand juist van a naar b helpen. Dat is ons doel met Street Level.”

Omdat in Den Haag al veel andere organisaties soep of maaltijden uitdelen – sommige ook gesponsord door het Leger des Heils –, richt Street Level zich op andere dingen. Dat is ook te zien aan de inhoud van de bus. Trots laat Jan de bus zien: “We hebben van alles bij ons. Uiteraard wat koffie, maar ook spullen voor persoonlijke verzorging: tandenborstels, tandpasta, toiletrollen en maandverband. Daarnaast is er wifi in de bus, we hebben wat medische spullen bij ons en nemen vaak kleding mee.”

Dat er eten wordt uitgedeeld aan dak- en thuisloze mensen vindt Jan mooi, maar soms zet hij er ook zijn vraagtekens bij. “Even brutaal gezegd, het voelt soms een beetje als duiven voeren. Het is natuurlijk goed, maar ze blijven terugkomen. Een duif is niet gemaakt om zichzelf dik te vreten in een steegje, maar om voor zichzelf te zorgen, vooral niet te blijven hangen. Ook een duif moet van a naar b.”

Succes

Dat wil overigens niet zeggen dat de veldwerkers proberen om alle dakloze mensen naar de opvang of aan een eigen huis te helpen. “Het moet beter gaan met mensen. Dat kan op veel verschillende manieren. Zo hebben we hier iemand in de stad, zonder huis. Hij woont in een tentje. Die man is echt gelukkig in de buitenlucht. We zijn er voor hem als het nodig is, we houden hem in de gaten, helpen zelfs met het opzetten van een nieuwe tent. Maar ik hoef hem niet een opvang in te dwingen. Geluk zit niet in vier betonnen muren met een balkon.”

‘Geluk zit niet in vier betonnen muren met een balkon’

Al ruim twee jaar proberen de veldwerkers met Street Level zoveel mogelijk dak- en thuisloze mensen te helpen. Met succes. “We worden nu al bijna overvraagd. Men ziet dat het nodig is, en maakt gebruik van de hulp die wij bieden. Zo rijden we van maandag tot donderdag onze vaste rondes door de stad, langs de mensen die we kennen. Ondertussen worden we gebeld door de politie, door de wijkverpleging en door bezorgde burgers. Daarnaast zijn we veel in gesprek met de gemeente. We zitten aan tafel tijdens overleggen met wethouders, politie, handhaving en Staatsbosbeheer.”

Buiten de lijntjes

Tot nu toe gebeurt al het werk zonder subsidies van de overheid. Dat kost veel geld, maar Jan ziet ook voordelen. “We hoeven ons niet aan specifieke categorieën te houden. In sommige gemeenten zie je dat verschillende organisaties verschillende doelgroepen helpen, en de andere organisatie die doelgroep. Dat is toch gek? Dan loop je als veldwerker op straat en zie je een dakloze. Vervolgens ga je in gesprek en blijkt die dakloze bijvoorbeeld Pools te zijn. Dan moet je een kaartje achterlaten en die meneer gaan vertellen dat er de volgende dag wellicht iemand van een andere organisatie komt kijken, omdat jij mag niet helpen… Dat schiet niet op. Wij helpen iedereen, juist ook samen met andere organisaties, zoals het Wereldhuis. Dat helpt mensen zonder geldige verblijfsdocumenten.”

Werken met deze doelgroep betekent dat je vaak buiten de lijntjes moet durven denken. Een stapje verder durft te gaan. “Een bekende dakloze hier uit de stad moest laatst naar een begrafenis. Hij had een pak nodig en belde mij. Ik heb hem uitgenodigd in ons magazijn en had een pak laten klaarleggen uit onze tweedehandswinkel. Het pak stond hem perfect. Hij was er heel blij mee. Vervolgens vroeg hij of hij nog een pak mocht uitzoeken. Ik zei: ‘Tuurlijk! Jij wel. Zoek maar uit.’ Ook het tweede pak stond perfect. Voor hij wegging, zei hij vol trots: ‘Nu ben ik straks de best geklede dakloze van heel Den Haag!’. Daar doe je het voor, dat is de Street Level-gedachte. Iemand verder helpen, ook in de kleine dingen.”

Het logo van Street Level symboliseert ook deze gedachte. Jan: “Je ziet stenen veranderen in harten, en harten in huizen. Wij komen mensen in het donker tegen, maar willen ze naar het licht brengen. Naar een thuis. Het liefst naar ‘Thuis’, met een grote T. Het is zo tof als we mensen, door het evangelie te delen, naar een plekje in het grote Thuis van God kunnen brengen. Zorg is nodig, maar iets laten zien van Gods liefde is wel een waanzinnig mooie toevoeging.”

 

Veldwerk deelt wc-papier uit op straat: “Dat noemen wij het witte goud”

Veldwerk deelt wc-papier uit op straat: “Dat noemen wij het witte goud”

In een speciale bus rijden veldwerkers van het Leger des Heils door de stad, om dak- en thuisloze mensen te voorzien van de broodnodige spullen.