reclassering resocialisatie
Reclassering

Toen ik 16 was

Columns uit de reclassering

“Geef me een kans, mevrouw, ik meen het echt. Ik ben nu een volwassen vent en ik wil verder. Alsjeblieft vraag ik u, geef me een kans.” Soufyan zat al een tijdje vast en had tot dan toe nog geen vrijheden of verlof gekregen, wel meerdere sancties en een bezoekje aan de isoleercel. Het schoot in ieder geval niet op met zijn resocialisatietraject binnen detentie. Desondanks -en vraag me niet hoe- kreeg hij wel een nieuwe vriendin.

Er bestaat binnen de criminologie een populaire theorie dat ‘Woning, Werk en Wijf’ voor veroordeelden toekomstig delict gedrag zou voorkomen. WWW bekt zo lekker en is makkelijk te onthouden. Daarmee wordt het gebruik van een neerbuigende omschrijving voor degene die als reddende engel gezien wordt even vergeten. Oorspronkelijk is er overigens wel degelijk gekozen voor de genderneutrale term ‘wederhelft’ hoor, dus hopelijk komt die weer terug in stijl. Anders nog genoeg andere opties: Dak, Doekoes, Dame (DDD), Plek, Poen, Partner (PPP), Verblijf, Verdienmodel, Vrouw (VVV), Stek, Structuur, Schat (SSS).      

Assertieve houding

In ieder geval deed Soufyan zijn relatie hem inderdaad goed; hij voelde zich niet meer alleen, en niet veroordeeld wegens alle dingen die hij geflikt had, alsof hij een nieuw begin mocht maken. Hij werd rustiger en nam een meer assertieve houding aan. Hij ging zelf op onderzoek uit en legde regelmatig contact met ons. Maar een nieuw begin ligt niet altijd zomaar voor het oprapen.

Moreel dilemma

Alle door hem zelf aangedragen verblijfplekken werden afgewezen. Zo zou zijn moeder te weinig grip op hem hebben en in de wijk wonen met zijn criminele vriendjes. Het huis van zijn tante zou te klein zijn en ze zou een flink alcoholprobleem hebben. Zijn vriendin woonde nog thuis en haar familie kende hem niet. Ook wij, als reclassering, hadden hier middels (negatieve) adviesrapportages een beperkende invloed op. Het schipperen tussen wat je iemand persoonlijk gunt en tegelijkertijd zien dat diezelfde persoon soms een risico voor anderen vormt, creëert regelmatig een moreel dilemma. In de hele justitieketen, vermoed ik.

Afgewezen

Alle door óns geopperde verblijfplekken -met intensieve begeleiding en toezicht om die risico’s te beperken- werden alleen óók afgewezen. Hij was te oud voor de groep, ze hadden nog geen ervaring met ‘forensische’ cliënten, de wachtlijsten waren te lang, of zijn problematiek was te ernstig. Zelfs de meest geschikte plek waar ze normaal gesproken niet schuwen voor ‘door het leven getekende jongens’ wees hem bij voorbaat en zonder gesprek af, vanwege een zedenfeit op zijn strafblad. Oké jammer maar helaas, door naar de volgende!

Zedenfeit

Maar ho, wacht even, zedenfeit? Deze reden van afwijzing was voor mij aanleiding om met een e-mail vol aan bulletpoints op af te duiken. Daarin beargumenteerde ik dat dit ene zedenfeit van acht jaar geleden, toen hij notabene 16 was en waar hij al voor gestraft is, in deze fase absoluut geen reden zou mogen zijn om hem überhaupt niet te ontmoeten. Met het vriendelijke verzoek aan de instelling dit toch te overwegen. Wat bleek? Het lag niet zozeer aan de zorginstelling zelf, maar aan de afspraken met die betreffende gemeente. De zorginstelling had zich hiernaar te voegen, wilden ze hun vergunning behouden. Geregistreerde zedendelinquenten waren in die gemeente nu eenmaal niet welkom.

Buitengesloten

Hoewel het vanuit andere perspectieven zeker begrijpelijk is dat er angst bestaat over zoiets als een zedendelinquent, schrok ik hier toch van. Het blokkeert de kans op het leveren van maatwerk. Het ene delict is namelijk het andere niet, en de ene persoon al helemáál de andere niet. De reden van afwijzing deed Soufyan dan ook veel verdriet. Zijn 16-jarige zelf bleef hem achtervolgen en hij schaamde zich opnieuw diep.

Zelf begon ik te vrezen voor een opkomst van meer Amerikaanse taferelen zoals een waarschuwingsbord in de voortuin van “sexual predators” om de buurt hierop te attenderen (met wildplassen loop je overigens ook risico om onder deze categorie te vallen) of zelfs afgezonderde dorpen waar alle sex offenders gezellig samen kunnen leven in bungalows (Miracle Village, Florida). Wellicht voor de bewoners een prima rustige en veilige plek, maar ook wel een pijnlijk voorbeeld van keiharde uitsluiting. Zoals Soufyan zich ook al lange tijd buitengesloten voelde.   

Noodplan F

Noodgedwongen zijn we gaan zoeken in een regio waar hij niemand kende. Daar kreeg hij een kans bij een zorginstelling met minder passende begeleiding, maar mét toekomstperspectief. Zijn opluchting was van mijlenver te horen. Kun je nagaan wat een noodplan F voor iemand kan betekenen. En hoeveel meer er nog te winnen valt, mocht plan B ooit nog binnen handbereik komen. Het is hem persoonlijk gegund. En die risico’s? So far so good.

Over Sofie
Soms omvat een werkdag zware stof om te verteren. Maar als ik met anderen praat over hun verkoop van ‘iets’ of het behalen van één of andere target, hoor ik dat mijn werkdagen vaak ook kunnen klinken als komische cartoons. En dan ben ik dankbaar om onderdeel te zijn van de chaos, de verdrietige werkelijkheden, de felle discussies die soms nodig zijn om muren af te breken, en het lachen met collega’s om wat we allemaal meemaken. Nu vier jaar werkzaam als reclasseringswerker bij het Leger des Heils neem ik, wie het lezen wilt, graag mee in deze bijzondere belevingswereld. Weer eens wat anders dan een formeel geanalyseerd advies aan een rechtbank, ook fijn!

Iedere maand delen onze columnisten uit de reclassering wat zij meemaken in een zelfgeschreven column. Ze nemen je mee in hun dagelijkse werkzaamheden en schrijven op een eerlijke en creatieve manier over wat hen bezighoudt. Op de hoogte blijven van nieuwe verhalen? Volg ons dan op LinkedIn!

Reclasseringswerkers Pia en Sofie