Reclassering Leger des Heils
Reclassering

Vreemde vogel

Column uit de reclassering

Niet iedereen is hetzelfde. We zijn allemaal verschillend, maar sommige mensen verschillen een beetje meer. Bernt* is zo iemand.

Hij heeft zich “raar” gedragen tegenover twee studentes en daarom heeft hij nu een uitgaansverbod. Hij schaamt zich daar heel erg voor, maar hij weet echt niet meer dat hij dat gedaan heeft. Want hij had toen wel heel veel alcohol op. Hij vindt het leuk om uit te gaan en tussen de mensen te zijn. Die drukte te ervaren. “Niet lang hoor, na een uurtje is het wel genoeg. Maar dan voel ik me goed, dat ik ook tussen de mensen ben geweest. Het geeft een soort kick. Soms maak ik een een praatje met iemand, heel interessant. Maar om dat te durven drink ik dan eerst flink wat alcohol, dat maakt het gemakkelijker om zo’n kroeg of discotheek binnen te gaan.”

Schrijven
We praten over het gevaar van alcohol en dat ziet hij nu ook wel in. “Dat moet ik dus niet meer doen. Maar het geeft wél een goed gevoel. Want het haalt al die gedachten even uit mijn kop.” Zijn er geen andere dingen die je dan kunt doen? vraag ik. Nou, ja, hij houdt van schrijven. Hij kan urenlang op een bankje zitten, in de stad of bij de zee en dan kijkt hij naar alles wat hij ziet en de mensen die voorbijkomen. Dat probeert hij dan te beschrijven. Soms kijkt hij te lang en dat vinden mensen niet leuk. Vooral niet als het een moeder is met dochtertjes. Dat heeft hij ook geleerd. “Dan denken ze dat je een vieze man bent. Maar dat ben ik helemaal niet, ik vindt het gewoon zo interessant hoe ze eruit zien en wat ze doen.”

Kronkel
Hij vertelt dat hij wel een “kronkel in zijn hersens heeft”. Autisme noemen ze dat. Hij weet ook niet zeker wat dat nou precies is. Wat autisme is en wat hij zelf is. Daar kan hij eindeloos over nadenken. Leren kan hij niet. Dat vindt hij wel jammer. Toch heeft hij een beroepsopleiding gedaan en vroeger ook gewerkt als schilder. Maar uiteindelijk ging dat niet meer. Hij werkte wel heel goed en netjes, maar veel te langzaam. “En ze willen altijd dat het snel gedaan is hè.”

Dus houdt hij zich nu bezig met schrijven en ook met tekenen. Hij heeft al een heleboel stapeltjes papier. En als hij genoeg heeft, dan gaat hij het naar een uitgever sturen. “Maar ja, dat brengt dus om zo te zeggen geen brood op de plank. Daarom krijg ik een uitkering en dat vind ik wel heel mooi. Je krijgt dus eigenlijk gewoon gratis geld. Daar ben ik heel dankbaar voor. Jammer dat ik niet kan leren. Maar ik lees wel boeken, alleen zijn dat geen leerboeken. Ik ben altijd zo benieuwd wat er dan in zo’n boek staat.”

Dubbele betekenis
Ik vraag hem wat hij dan leest. Tot mijn verbazing antwoordt hij “In Europa, van Ilja Pfeiffer”. Dat vindt hij een geweldig boek. Hij vindt het een voorbeeld van hoe je moet schrijven. En hij houdt van zinnen met een dubbele betekenis. Zoals iemand die dol is op marsen, misschien van marcheren houdt, of juist van lekkere chocoladerepen met caramel erin.

Maar toch is hij niet blij met dat uitgaansverbod. Want dat is voor hem een uitlaatklep. De kick om tussen zoveel mensen in de drukte te zijn. "Toch maar niet doen, voorlopig", zeg ik. Hij kijkt bedrukt. Dan verschijnt er een ondeugende blik in zijn ogen. “En als ik het stiekem toch doe?” Ik schud mijn hoofd. “Beter niet doen.”
“Maar gewoon even een uurtje naar buiten?”
“Doe maar niet.”
“Nee, ik moet het ook niet doen.”
Als we afscheid nemen zegt hij: “Ik vind het echt niet fijn, deze straf, maar ik vond het wel een fijn gesprek”.

*Bernt is een gefingeerde naam