We ontmoeten deelnemer Nick (27) op een frisse voorjaarsochtend in zijn eigen flat, aan de rand van de binnenstad van Enschede.
Het is een ‘omklapwoning’ met intensieve begeleiding vanuit BWM. Zijn persoonlijk begeleider Daniela Ceven is er ook. De flat is sober ingericht, want Nick moet het van weinig geld bij elkaar sprokkelen. Maar aan de muur hangen drie mooie schilderijen. Echte. En ze zijn duidelijk van één hand.
Nick moest van ver komen. ‘Spijbelen, blowen, veel alcohol drinken, uitgaan en rotdingen opzoeken’, vat hij samen. Voeg daarbij de moeizame relatie met zijn ouders, slechte prestaties op de middelbare school, en zelfisolatie. Nick ging zichzelf verwaarlozen. Het huishouden deed hij niet, koken kon hij niet, en ook zijn financiën had hij nog nooit zelf gedaan.
Op de vraag wat er precies veranderde toen hij bij het Leger des Heils kwam, zegt hij: ‘Ik ging huur betalen.’ Hij schiet er zelf ook van in de lach, maar het zegt wel veel. Stukje bij beetje leerde hij de verantwoordelijkheid over zijn leven terug te nemen. Zijn leven is weer zijn leven aan het worden. Hij betaalt niet alleen de huur, hij koopt zijn eigen meubels. En hij kookt voor zichzelf. Ook al is hij alleen. ‘Eerst ging dat best moeilijk. Voordat ik het huis uit ging had ik dat nog nooit gedaan. Ben ik wel aan het leren.’
Wat er precies veranderde toen Nick bij het Leger des Heils kwam? ‘Ik ging huur betalen.’
En? Hij schiet in de lach. ‘Het gaat steeds beter.’ Hij kookt nu tenminste twee keer in de week, vertelt hij. ‘Maar dan drie maaltijden tegelijk. Voor in de diepvries enzo.’ Begint hij het al leuk te vinden? Hij schiet weer in de lach. ‘Ik vind er ook geen zak aan. Dus daarom was het ook heel moeilijk voor mij om dat helemaal op te pakken en het ook vaker te doen. Eerst deed ik dat dan samen met mijn moeder, eten koken.’
Die laatste zin zit er zomaar ineens tussendoor, maar hij zegt veel. De relatie met zijn ouders is sinds zijn lastige jeugd sterk verbeterd. Toen hij doorgroeide naar zijn eigen flat, hielpen zijn ouders hem met spullen, en zijn moeder komt dus af en toe helpen met koken. De schilderijen, vertelt Nick dan, maakte hij niet zelf. ‘Nee, die zijn van mijn oma. Toen ik hier net kwam wonen kwam ze langs. En ze had schilderijen meegenomen. Mijn oma heeft dat zelf geschilderd! Dat is een hobby van haar, dat doet ze al jaren. En ze doet het goed!’
Plannen
Er is meer groei. Ooit probeerde Nick opleidingen in de ICT en later Sport & Bewegen. Ook baantjes in de detailhandel waren geen succes. Maar nu is hij vrijwilliger in de ouderenzorg. Hij doet boodschappen met een bejaarde man, en helpt met spelletjesmiddagen.
Heeft Nick plannen? ‘Nou ja, ik wil eigenlijk wel verder in de zorg kijken. Ik heb dat natuurlijk nog niet zo heel lang gedaan. Maar daar wou ik wel eens verder in kijken. Maar ik zou liever niet opnieuw nog weer een studie doen. Ik ben niet zo iemand die in de klas goed kan zitten denk ik. Ik ben misschien iemand die beter leert op stages enzo. Als ik terugkijk dan bevalt werk me een stuk beter dan wanneer ik in de klas zit. Je hebt veel van die studies van vier dagen werken, één dag school. Daar wil ik wel naar kijken.’
Hij voegt eraan toe: ‘En qua appartement: ik wil hier nog wel een tijdje in blijven wonen.’
Kan dat? ‘Nou ja, in ieder geval wordt het vanuit het Leger omgedraaid. Nu betaal ik nog aan het Leger en het Leger betaalt aan de eigenaar van het appartement, maar straks betaal ik dus aan de eigenaar, en krijg ik ambulante hulp. En dan mag in principe het huis op mijn naam blijven. Dus het is wel gehuurd… maar het is wel mijn eigen plekje, ja.’
Levensles
Heeft Nick iets dat hij aan mensen mee wil geven? Iets dat hij op zijn levensweg geleerd heeft? ‘Hulp aanvaarden’, zegt hij resoluut. ‘Dat is altijd wel een ding geweest, bij mij in elk geval. En ook hulp vragen. Ik weet niet goed hoe ik dat uit moet leggen. Maar ik vond het altijd moeilijk als er iets was, dat ik dan ergens naartoe moest gaan om hulp te vragen. Ik hoorde bij die mensen die eerst vastliepen en dan pas wat zouden zeggen. Dus dat is altijd wel een blinde muur voor mij geweest. Toen ik eenmaal wat meer hulp ging aanvaarden, toen ging het algauw een stuk beter.’
Wat maakte dat je op een gegeven moment wél die hulp durfde te aanvaarden?
Dat ik ouder werd, dat was het vooral denk ik. Eerst zat ik op een gesloten afdeling enzo, en daar was niet zo veel. Daarna op een open afdeling, en daarna bij het Leger des Heils in de studio’s (van Beschermd Wonen Modulair, red.), en toen was het wel wat makkelijker om het open te maken. Het was ook niet een stap die in één keer genomen was. Er gingen echt jaren overheen voordat ik dat echt meer kon doen. Toen ik bij het Leger kwam had ik daar nog steeds wel problemen mee. En ja, de begeleiding heeft daar heel veel bij geholpen. En dat gaat over wel meer begeleiders. Ik kan niet echt van één persoon zeggen: die was het… Het zal misschien altijd wel een ding bij mij zijn. Maar het gaat in elk geval een stuk beter dan het vroeger ging.’