Majoor Bosshardt

Op 8 juni 1913 wordt Alida Margaretha Bosshardt in Utrecht geboren. Als dochter van een rooms-katholieke vader en een reformatorische moeder bezoekt zij veel verschillende kerken. Totdat zij op achttienjarige leeftijd getuige is van een openluchtsamenkomst van het Leger des Heils. De boodschap van een heilssoldaat – "De God die mij liefheeft, heeft ook u lief" – spreekt haar zo aan dat ze besluit lid te worden van het Leger des Heils. Op 19 juni 1932 wordt ze daarom heilssoldaat.

Officier van het Leger des Heils

Geheel volgens het gedachtegoed van het Leger wil ook Alida Bosshardt haar geloof in God handen en voeten geven. Dit doet zij in eerste instantie door te werken in een kinderhuis in Utrecht. Bij dit werk wil zij het echter niet laten. Ze heeft namelijk het gevoel geroepen te zijn om voorganger (heilsofficier) te worden.

In 1933 rondt ze de Kweekschool voor Officieren in Amstelveen af. Op 9 juli wordt zij ‘bevorderd tot en uitgezonden als heilsofficier’ naar Rotterdam. Al na een jaar vertrekt zij echter naar kinderhuis Zonnehoek in Amsterdam. De stad waarin zij veel aan bekendheid en populariteit zou winnen.

Goodwillwerk

Dat gebeurt vooral door haar goodwillwerk in de oude binnenstad. Net als oprichter William Booth destijds in Londen maakt majoor Bosshardt min of meer toevallig tijdens wandelingen door de hoofdstad kennis met de armoede en ellende in delen van de stad. 'De majoor' blijkt volledig in haar element op het moment dat zij iets voor dak- en thuislozen, verslaafden en prostituees kan betekenen.

Op vrijdagavond zingt en getuigt zij, samen met enkele collega’s, op de wallen van Gods liefde voor de mens die het contact met Hem verloren is. De opgewekte heilssoldaten beginnen bij het armoedige straatbeeld van de Amsterdamse buurt te horen. Op 8 oktober 1948 krijgt Alida Bosshardt de opdracht om het goodwillwerk in de oude binnenstad officieel te beginnen. Haar startkapitaal bedraagt welgeteld honderd gulden. Ze weet op dat moment nauwelijks wat precies verstaan wordt onder goodwillwerk en gaat dus min of meer op eigen gevoel af. Een gevoel dat voor vele verstotenen van de Nederlandse samenleving goed uitpakt.

Bekende Nederlander

In 1951 verlaat majoor Bosshardt het hoofdkwartier en krijgt een pand aan de Oudezijds Voorburgwal. Het goodwillwerk en het aantal medewerkers groeien. Naast alle hulpbehoevenden, weten ook de media haar steeds vaker te vinden. Op 15 april 1959 is zij de hoofdpersoon in het televisieprogramma ‘Anders dan anderen’. Op slag is ze een bekende Nederlander over wie iedereen met veel bewondering praat. Die bewondering toont het Nederlandse volk door giften in geld en natura.

Het goodwillwerk en haar leidster valt ook het Koninklijk Huis op. Vooral Prinses Beatrix is onder de indruk van het werk dat wordt verricht in de Amsterdamse binnenstad. In 1965 besluit ze daarom om getooid met pruik en dikke bril een avond met 'de majoor' op stap te gaan. Zij verkopen het evangelisatieblad Strijdkreet en gaan op huisbezoek bij prostituees. Dankzij de oplettendheid van een fotograaf bleef deze bijzondere avond geen geheim, maar werd heel Nederland via de ochtendkranten getuige.

Onderscheidingen

In 1978 gaat majoor Bosshardt met pensioen. Ze geeft de leiding van het goodwillwerk in Amsterdam over aan anderen. Inmiddels is zij bevorderd tot luitenant-kolonel en benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau (1966). Enkele jaren daarvoor heeft ze ook de hoogste onderscheiding van het Leger des Heils gekregen, de Orde van de Stichter. In 2004 ontvangt zij nog de Yad Vashem-onderscheiding. Deze hoogste onderscheiding van de staat Israël met de daarbij behorende titel ‘Rechtvaardige onder de volken’ kreeg ze omdat zij in de Tweede Wereldoorlog de zeventig kinderen, waaronder joodse, uit Zonnehoek op particuliere adressen had ondergebracht. Regelmatig bracht ze op haar fiets joodse kinderen naar onderduikadressen, vaak zonder hun namen te kennen.

'De majoor' is ondanks de vele aandacht en loftuitingen altijd zichzelf gebleven. Alle eer was blijkbaar niet aan haar besteed. Want, zo zei ze zelf, "Ik ben in dienst van God om mensen te dienen. Niet mij, maar Hem komt alle eer toe."

Op 25 juni 2007 is 'de majoor' op 94-jarige leeftijd overleden.