De schepping

Aan het begin van onze geschiedenis maakte God de aarde. Hij bedacht van alles en maakte dat vervolgens. Beukennootjes, jachtluipaarden, Hollandse tulpen, de zon: allemaal van Zijn hand.

Schepping

De Bijbel vertelt het verhaal van deze schepping. Die werd in zes dagen gedaan:   
-       De eerste dag maakte God het licht.
-       De tweede dag maakte God de hemel en de wolken.
-       De derde dag maakte God land, en planten en bomen en bloemen.
-       De vierde dag maakte God de zon en de maan.
-       De vijfde dag maakte God alle dieren in de zee, en alle vogels.
-       De zesde dag maakte God alle dieren op het land, en de mens.  

De zevende dag rustte God uit.  

Door dit verhaal loopt een belangrijke rode draad. Elke keer als God iets nieuws gemaakt heeft, neemt Hij de tijd om er eens goed naar te kijken. En elke keer komt Hij tot de conclusie: wauw, wat ontzettend mooi! God heeft enorm veel plezier in alles wat Hij heeft gemaakt.

Kijken door Gods ogen

Op verre reizen zie je de prachtigste natuur. De stranden van Nieuw-Zeeland, de savannes van Zuid-Afrika, de rijstvelden van Japan: de wereld is schitterend. Heb jij, op zo’n soort plek, wel eens het gevoel gehad dat ‘er toch meer moet zijn’? Als jij een mooie zonsondergang ziet, een boswandeling maakt in de herfst, dan kijk je als het ware door Gods ogen. Je ziet hoe mooi het is.

Misschien kun je je best voorstellen dat de wereld is gemáákt, en niet zomaar is ontstaan. Maar – zes dagen, is dat niet een beetje ongeloofwaardig? Vooropgesteld dat voor God absoluut niets onmogelijk is, zijn christenen het hier ook niet altijd over eens. De een gelooft dat de schepping daadwerkelijk zes dagen besloeg. De ander denkt dat die ‘dagen’ symbool staan voor langere periodes. Sommige christenen geloven in evolutie, aangestuurd door God, anderen niet. Maar over de basis zijn alle christenen het eens: alles is door God gemaakt.

Verder lezen?