Terugplaatsing

Column uit de jeugdbescherming

Jeugdbescherming Tekst: Jeugdbeschermer 1.0

Het is misschien makkelijk om te denken dat de moeder die haar kind met een stok slaat, het nachtenlang alleen thuis laat of ‘s nachts blootstelt aan allerlei vreemden, die uithuisplaatsing had moeten zien aankomen. Wellicht denkt u zelfs: ‘Iemand die zijn of haar kind slaat met een stok verdient het niet om een kind op te voeden!’ Maar iemand voedt zijn kind op naar de normen en waarden die zijn meegegeven. Doen we dat niet allemaal?

Na jaren in de jeugdbescherming geloof ik echter nog altijd dat alle ouders hun kind alles geven wat ze te geven hebben. Daarmee praat ik mishandeling en verwaarlozing niet goed natuurlijk. 

We beginnen dit verhaal met een spoedmaatregel die aan het einde van de werkdag binnenkwam. Op een koude vrijdagavond - op een of andere manier komt spoed altijd op vrijdag - staan we voor een dichte deur. Ik kijk naar het sportveld achter het huis waarvandaan regelmatig gezien werd dat er een huilend meisje uit het raam hing. Ze huilde en schreeuwde soms urenlang zonder dat iemand haar kwam troosten.

Hulp
Tijdens onze betrokkenheid gaf de moeder toe haar dochter met een stok te slaan en regelmatig ’s nachts alleen thuis te laten. Ze vertelde dit alsof het de normaalste zaak van de wereld was. Gelet op haar eigen jeugd deed ze het eigenlijk boven verwachting goed. De hulpverlening probeert moeder uit te leggen waarom dit slaan zo schadelijk is en dat ze hiermee moet stoppen. Dat was moeilijk, want ze wilde geen hulp en onze waarschuwingen mochten niet baten. Bovendien bleek moeder regelmatig vreemde mannen in huis te halen. Op een nacht belt de politie met onze bereikbaarheidsdienst. Moeder is gewond en er is een onbekende man in de woning. De moeder en de man moeten mee voor sporenonderzoek en om in het ziekenhuis nagekeken te worden. Dochter ligt boven te slapen en heeft gelukkig niets door.

Die nacht wordt de dochter ergens anders ondergebracht en daarna besluiten we dat ze een tijdje ergens anders moet gaan wonen. De kinderrechter stemt in. Als we haar komen ophalen is moeder woest en wanhopig, zo wanhopig dat ze een mes pakt. Ze richt het mes op zichzelf en blokkeert de uitweg. De politie en een familievriend komen. Ze proberen haar te kalmeren en uiteindelijk maakt de boosheid maakt plaats voor verdriet en kan ze getroost worden. Het afscheid is hartverscheurend. Moeder en dochter klampen zich huilend aan elkaar vast, alsof ze elkaar nooit meer los willen laten. Samen pakken we de weinige spulletjes in en vertrekken we. Op het tuinpad is dochter meteen weer rustig en pakt ze mijn hand vast.

Moeder zijn
In de periode die volgt komt er nieuwe hulpverlening voor moeder. Het kost tijd, geduld en inlevingsvermogen maar het lukt haar om die hulpverlening te vertrouwen. Ze vertelt ook haar eigen verhaal. Samen met de hulpverlening en de plek waar dochter woont, leert moeder hoe ze weer moeder voor haar dochter kan zijn. Ook leert ze hoe ze haar dochter kan helpen omgaan met haar trauma’s, waarvan de uithuisplaatsing er één was. Hoe nodig het ook was om de onveiligheid te doorbreken, we mogen niet bagatelliseren hoe ingrijpend een uithuisplaatsing kan zijn.

Het is heel knap van moeder dat ze erop kon vertrouwen dat iemand anders het liefste wat ze heeft, haar kind, goed opvoedde. En ook dat zij ondertussen een vertrouwensband opbouwde met hulpverlening en adviezen aannam. Het is zo moeilijk voor een ouder om aan de tijdelijke opvoeders van het kind te vragen hoe zij bepaald gedrag aanpakken, dit maakt je enorm kwetsbaar. Toch is dat doorslaggevend geweest.

Inmiddels woont dochter weer bij haar moeder thuis. Feestdagen worden nog steeds gevierd met de vorige tijdelijke woonplek van de dochter. Moeder heeft geleerd hoe ze voor haar dochter moet zorgen, maar ook dat ze om hulp mag vragen als het even niet meer lukt.

Misschien kan het iedereen wel overkomen dat de opvoeding niet goed meer lukt; ofwel door je eigen verleden, door groot verlies, ziekte of een opstapeling van allerlei problemen. Ouders hoeven het niet perfect te doen, geen enkele ouder is alwetend. Misschien is dat wel de grootste winst uit bovenstaand verhaal; een moeder die haar trots opzij zet, leert om hulp te vragen en bereid is dingen anders aan te pakken.